Jong, nuchter en toekomstgericht boeren met CONO

Op het melkveebedrijf van de familie Koorn in Lambertschaag wordt gewerkt met visie, trots en toewijding. Dirk Jan Koorn (24) vormt samen met zijn ouders en broer Teun (21) de vijfde generatie melkveehouders op deze locatie. Met een sterke samenwerking binnen het gezin en een heldere blik op de toekomst, wordt het bedrijf gestaag uitgebreid en geoptimaliseerd. Binnen CONO Kaasmakers is Dirk Jan inmiddels twee jaar actief in het Jongerencollege.

Een gedeelde visie met ieder een eigen focus

Dirk Jan studeerde Veehouderij in Alkmaar en Leeuwarden en werkt inmiddels volledig mee op het ouderlijk bedrijf. Daarnaast is hij ook buiten de deur actief in het grondverzet en de akkerbouw. Samen met zijn broer Teun stuurt hij het bedrijf aan. "Onze visie als broers ligt dicht bij elkaar. Dat werkt prettig, zeker met het oog op de toekomst. Ik richt me wat meer op de techniek en machines, terwijl Teun zich vooral bezighoudt met de koeien."

Op dit moment telt het bedrijf 180 koeien, waarvan 160 melkkoeien. Er zijn plannen om na voltooiing van de nieuwe stal op te schalen naar 200 melkkoeien. “We bouwen bewust aan een toekomstbestendige bedrijfsstructuur,” vertelt Dirk Jan. “Met 56 hectare huiskavel, 7 hectare pacht en een grondruil met een akkerbouwer en bollenkweker, kunnen we onze bedrijfsvoering goed organiseren. Dagelijks melken we in een 24-stands carrousel. Robots? Die komen er voorlopig niet, wij melken graag zelf.”

Optimaliseren met oog voor arbeid en koeienwelzijn

Arbeidsgemak is een belangrijk speerpunt op het bedrijf. “Goed werk kun je alleen doen als het werk ook praktisch en efficiënt is ingericht. We zijn er trots op dat één persoon in zijn eentje 160 koeien kan melken. Daar hebben we onze looplijnen en stalindeling bewust op aangepast.”

Naast uitbreiding staat optimalisatie centraal, onder andere in de levensduur en productie van de koeien. “We hebben koeien die passen bij onze manier van werken. Daarom zorgen we zelf voor eigen jongvee. Het leuke is dat we sommige dingen net iets anders willen doen dan onze vader, echter het welzijn van de koeien staat bij ons allemaal voorop.”

Betrokken bij CONO, meer dan alleen melkprijs

Sinds 2001 is het bedrijf aangesloten bij CONO Kaasmakers. “Mijn vader stapte destijds over omdat hij vertrouwen had in de werkwijze en schaal van CONO,” vertelt Dirk Jan. “Wij delen dat gevoel. Het is een kleine coöperatie met korte lijnen, waarbij de mensen je bij naam kennen. Dat geeft betrokkenheid en herkenning.”

Zelf is Dirk Jan actief binnen het Jongerencollege van CONO. “Ik wilde meer weten over wat er achter de schermen speelt. Je melk wordt om de drie dagen opgehaald, maar waar gaat het daarna naartoe? Wat doet een coöperatie precies? Binnen het Jongerencollege krijg je daar een goed beeld van, via inkijkjes bij verschillende afdelingen zoals marketing en bestuur. Het is echt een meerwaarde.”

Toekomst: duurzaamheid en verantwoordelijkheid

Binnen het bedrijf wordt duurzaamheid praktisch ingevuld. Er wordt weidegang toegepast met gemiddeld 12 uur per dag en groene stroom wordt opgewekt via zonnepanelen. Ook binnen het Caring Dairy-programma wordt actief meegedacht. “Het is geen leidraad, wel een manier om naar bepaalde onderdelen van het bedrijf te kijken. Je leert er altijd weer iets van en het helpt bij verdere optimalisatie.”

Voor Dirk Jan is het vooral belangrijk om dicht bij zichzelf te blijven. “Trek je eigen plan en blijf positief. Kijk niet constant naar de buurman, kijk naar wat bij jou past.” Ook richting overheid en regelgeving is er vertrouwen. “Als sector zijn we gewend ons aan te passen. Waar we wel waakzaam voor zijn, is hoe de KringloopWijzer wordt gebruikt. Het moet een hulpmiddel blijven, geen instrument waarmee druk wordt opgevoerd. Wij zijn boeren, geen kantoormensen.”

Samen sterk

CONO voelt voor Dirk Jan als een kleine, hechte club die grootse resultaten behaalt. “Het is bijzonder dat we met zo'n kleine groep boeren een internationaal merk als Beemster® kaas kunnen dragen. De algemene vergaderingen zijn momenten om bij te praten en betrokken te blijven. De korte lijnen zorgen ervoor dat je echt onderdeel bent van het geheel. Die verbinding is wat CONO uniek maakt.”

“Het gele bloed stroomt bij ons door de aderen”

In het Noord-Hollandse Warder runnen broers Eldert en Wimco de Boer samen met hun ouders een melkveebedrijf dat al negen generaties lang in de familie zit. Eldert (27) woont met zijn ouders op de jongveelocatie aan de Klemweg. Wimco (33) woont met zijn vriendin en zoontje op de melkveelocatie aan de IJsselmeerdijk. Samen melken ze ongeveer 200 melk- en kalfkoeien. Alle 147 hectare die ze beheren, is grasland waaronder 22 hectare Staatsbosbeheergrond, waar het scheuren van grasland niet is toegestaan. Vrijwel alle landwerkzaamheden doen ze zelf, alleen het sleepslangen besteden ze uit.

In de kleine polder waarin ze werken, is samenwerking vanzelfsprekend. Met de buren worden machines gedeeld en werkzaamheden afgestemd. Die verbondenheid met het landschap komt ook terug in hun inzet voor weidevogelbeheer. Ieder voorjaar zoeken ze zelf naar nesten in het land. In samenwerking met de natuurvereniging worden ruim honderd broedplekken beschermd. Niet omdat het moet, maar omdat het past bij het gebied en hun visie op verantwoord ondernemen.

Ook binnen projecten als ‘Water, Land en Dijken’ leveren Eldert en Wimco een actieve bijdrage. Zo wordt samen met andere partijen gewerkt aan oeverversterking om schade door ganzen, rivierkreeften en muskusratten te beperken. Innovaties die bijdragen aan natuur én bedrijfsvoering worden met open vizier benaderd.

Het bedrijf is de afgelopen jaren flink gegroeid. Waar opa begon met zestig koeien, breidde hun vader uit naar 120. Inmiddels zijn Eldert en Wimco tevreden met tweehonderd melkkoeien. In 2018 werd de stal gemoderniseerd met vernieuwe daken, diepstrooiselboxen en windbreekgaas. Momenteel ligt de focus op verbeteringen in voederwinning. Zo zijn er rubberen platen aangelegd om kuilen op zandgrond te vermijden en worden nieuwe kuiplaten gebouwd voor bijproducten. Daarnaast wordt nagedacht over een AMS-systeem om automatisch te gaan melken. Niet alleen vanuit arbeidsoogpunt, maar ook vanwege het belang van vrij koeverkeer, rust in de stal en minder druk op het uier. Dat draagt volgens hen bij aan een langere levensduur van de koeien.

Fokkerij speelt een belangrijke rol op het bedrijf. De broers zijn actief op keuringen, met als doel een koe die mooi in balans is en past binnen de dagelijkse bedrijfsvoering. Hoewel hun vader experimenteerde met Fleckvieh en Brown Swiss, kozen Eldert en Wimco bewust voor een terugkeer naar 100% Holstein.

Weidegang is vanzelfsprekend. Dankzij de ruime huiskavels kunnen de koeien eenvoudig dagelijks worden verweid. In de zomerperiode halen de dieren hun voer zelf uit het land; in de stal wordt alleen krachtvoer en een paar bijproducten bijgevoerd. Ook het jongvee wordt geweid. Vanaf vier maanden oud gaat het jongvee naar buiten. Zo leren ze op jonge leeftijd wat weidegang is en verloopt de overgang als verse vaars soepeler. Bovendien draagt het bij aan de spierontwikkeling en klauwgezondheid van het jongvee.

De familie De Boer is van oudsher verbonden met CONO Kaasmakers. De overgroot opa en zelfs de broer van hun opa zaten in het bestuur van de coöperatie. “Het gele bloed stroomt bij ons door de aderen,” zeggen Eldert en Wimco trots. Wat hen aanspreekt in CONO is de transparantie, de korte lijnen en de heldere visie. Als er iets speelt, weten ze precies bij wie ze terecht kunnen. En wat gemeld wordt, blijft niet op een lijstje liggen. Er wordt actie ondernomen.

Eldert en Wimco nemen deel aan de Caring Dairy-workshop over klauwgezondheid. Klauwproblemen zijn op het bedrijf minimaal, toch levert verdieping op dit thema altijd praktische inzichten op. Caring Dairy vormt geen leidraad voor onze bedrijfsvoering, maar wél een waardevol referentiepunt. Veel indicatoren worden actief nagestreefd, hoewel faunaschade  met name door ganzen, het behalen van doelen zoals ‘eiwit van eigen land’ soms bemoeilijkt. Een gebiedsgerichte benadering zou hier beter passen in hun visie. Maar is dat wellicht iets voor de toekomst.

“Wat we sterk vinden aan het Caring Dairy-programma is de uitwisseling met collega’s,” vertelt Eldert. “Je leert veel van elkaar. Dat brengt je altijd verder.”

Vooruitgang zit in meebewegen. Dat is de overtuiging op dit bedrijf. Als melkveehouder actief inspelen op ontwikkelingen, in plaats van ertegenin gaan, heeft hen veel gebracht. De koers van CONO sluit daar goed op aan. Kwaliteit, nuchterheid en trots gaan hier hand in hand.

“Het gras lijkt soms groener aan de overkant,” besluit Wimco “Toch zetten we als coöperatie iets heel moois neer. Een sterk merk dat we samen maken. Als je dat omarmt, wordt ondernemen net een stukje makkelijker.”

Voor mij voelt CONO als familie, al 34 jaar lang”

Met zijn nuchtere blik, diepe betrokkenheid en jarenlange ervaring is Paul Hollenberg niet meer weg te denken bij CONO Kaasmakers. Hij is 56 jaar en al bijna 34 jaar actief in uiteenlopende rollen binnen de coöperatie. Wat begon met een stage bij een melkveehouder, groeide uit tot een carrière waarin hij letterlijk dag en nacht klaarstaat voor onze veehouders en chauffeurs.

Van de bollen naar de Beemster

Hoewel Paul oorspronkelijk uit de bollenstreek komt, lag zijn hart altijd bij koeien. Op zijn veertiende begon hij aan de lagere agrarische school en liep stage bij een melkveehouder in Limmen. “Daar haalde ik mijn melkdiploma” ,Daarna volgde de middelbare agrarische school, waar hij zich steeds verder verdiepte in de melkveehouderij. “Ik stond het liefst tussen de koeien.”

CONO als springplank

In 1991 startte Paul in het pakhuis van CONO in Stompetoren. Hij fietste dagelijks vanuit Limmen, terwijl hij ’s avonds studeerde aan de hogere laboratoriumschool. Na een half jaar mocht hij aan de slag in de poedermakerij, waar hij vier jaar werkte. Het keerpunt kwam in 1995, toen toenmalig directeur Vos hem vroeg of hij melkwinningsadviseur wilde worden. “Ik heb geen seconde getwijfeld.”

Vanaf dat moment kreeg Paul steeds meer verantwoordelijkheden: melkkwaliteit, transport, ledenadministratie, tariefberekeningen. “Alles waar melk de coöperatie binnenkomt, heb ik wel eens in handen gehad.”

Expertise en inzet, van erf tot kaasmakerij

Paul is inmiddels hét aanspreekpunt voor onze veehouders op het gebied van certificeringen, borgingssystemen en administratieve ondersteuning. Daarnaast is hij voorzitter van de personeelsvereniging, examinator voor RMO-chauffeurs, lid van landelijke werkgroepen zoals de NZO en de stichting RMO-controle, en nauw betrokken bij het opleiden van chauffeurs.

Zijn werkdag stopt niet om vijf uur. “Ik ben 24/7 bereikbaar voor veehouders en chauffeurs. Soms gaat het om een melding van een warme tank of een poort die ’s nachts niet open wil. Dan is het belangrijk dat iemand snel meedenkt.”

Duurzame stappen op de weg

Paul is trots op de duurzame koers van CONO, ook als het gaat om melktransport. “We werken met twee professionele transporteurs en kijken continu hoe het slimmer en schoner kan. Van slimme rijroutes tot motoren die aan de nieuwste milieunormen voldoen. Zelfs een elektrische RMO-wagen maakt inmiddels zijn rondes – overdag nog, maar in de toekomst ook ’s nachts als de infrastructuur het toelaat.”

Vertrouwen en verbondenheid

Wat CONO voor Paul bijzonder maakt, is het gevoel van vertrouwen. “We kennen elkaar. Niet alleen op kantoor, ook op het erf. Die persoonlijke band maakt het werk extra waardevol. Het familiegevoel is iets waar ik trots op ben.”

Toch merkt hij ook dat de druk op veehouders groeit. “Er is nog nooit zo hard aan de melk getrokken als nu. Dat vraagt om samenwerking. Als coöperatie moeten we samen blijven optrekken en elkaar blijven zien.”

Zijn boodschap?

Aan veehouders: “Kijk vooruit. Er komt veel op jullie af, maar samen sta je sterker dan alleen. Sta open voor samenwerking met je collega’s. Er is altijd iets van te leren.”

Aan collega’s binnen CONO: “Zet je rug eronder, blijf nieuwsgierig en ga het gesprek aan. Zoek elkaar op. Want alleen samen maken we de lekkerste en eerlijkste kaas.”

In Heerhugowaard-Noord groeide Jur Stam op tussen de weilanden. Inmiddels woont hij er samen met zijn vriendin, in hun eerste eigen huis. “Het voelt goed om weer terug te zijn op vertrouwde grond,” vertelt Jur. “Ik heb altijd iets gehad met het boerenleven. De koeien, het land… als klein kind mee in de trekker en later mee kool snijden op het land, leerde ik daar al veel van. Dat no-nonsense karakter in het bedrijf, van dat cultuurtje houd ik wel.

Na zijn studie Technische Bedrijfskunde aan Inholland Alkmaar belandde hij in de koffiewereld als afdelingsleider capsules. Hij was voortdurend opzoek naar manieren om processen te optimaliseren. Maar kon dat in zijn functie niet benutten. Via een omweg  als manager van een klimhal en een reis van drie maanden om de wereld, ging hij op zoek naar een bedrijf dat écht bij hem zou passen. Een familiebedrijf stond hoog op zijn verlanglijst. ‘’Die saamhorigheid, collectieve passie en trots voor het eigen het product, dat geeft een bepaalde energie binnen een bedrijf, dat vind ik mooi.’’ Bij CONO vond ik precies dat wat ik zocht”

Een warm welkom bij CONO

Jur solliciteerde op de functie van assistent productiemanager, maar CONO zag in hem een sterke match voor de rol van junior projectleider. ‘’Dat hebben ze heel goed gezien’’ lacht hij. ‘’Nu inmiddels ruim een jaar verder zit ik helemaal op mijn plek en rol.’’ Deze is zeer uiteen lopend, van het slopen van de oude kaaswinkel tot het bouwen van een nieuwe waterzuiveringsinstallatie. “Het mooie aan mijn werk is dat ik projecten van begin tot eind begeleid. Van de eerste schets tot de laatste bout.”

Projecten met impact

CONO sprak een duidelijke duurzaamheidsdoelstelling uit om minimaal 2% reductie op Gas, Water en Elektra per jaar door te voeren. Een doelstelling die Jur erg kan waarderen in een bedrijf. “Ik vind het tof dat je dat als bedrijf hardop durft uit te spreken.”

Onder leiding van Jur zette CONO al mooie stappen. Zo werd het ketelhuis geïsoleerd om warmteverlies te voorkomen en gas te besparen. “Je ziet direct resultaat: minder verbruik, lagere kosten en een kleinere CO₂ voetafdruk.”

Een ander groot project is het ‘allergeenproject’. Bij het maken van mosterdkaas ontstaat wei die als allergeen wordt beschouwd. Voorheen kwam deze in dezelfde tank als niet-allergene wei, waardoor de hele tank tegen een lagere prijs verkocht moest worden. “We hebben een compleet nieuwe route aangelegd met aparte leidingen, kleppen en software om het proces geautomatiseerd te laten verlopen. Dat scheiden levert direct waarde op én het is een stuk efficiënter.”

Ook werkt Jur aan duurzame optimalisaties die misschien klein lijken, maar op jaarbasis veel opleveren. Zoals het terugdringen van sperwatergebruik. “Sperwater koelt de afdichtingen van kleppen in de productie. Door per klep, en dat zijn er een bult, goed te kijken naar de hoeveelheid en de instellingen aan te passen, besparen we drinkwater dat bovendien twee keer gezuiverd is. Dat is winst voor zowel het milieu als de portemonnee.”

Vooruitkijken

Jur kijkt uit naar een bijzonder project: E-CONO, de elektrificatie van onze locatie. “Dat is echt een once in a lifetime-project. Het vraagt enorme voorbereiding, technisch én in goed overleg met onze veehouders. We hebben uitgebreid gekeken naar alternatieve oplossingen voor ons stroomvraagstuk en alle tijd genomen om onze leden-melkveehouders mee te nemen in het verhaal. Ik vond het heel bijzonder om onderdeel te zijn van de informatieavonden. Juist dat directe contact geeft energie. Je doet het niet alleen voor jezelf of voor CONO, maar ook voor de toekomst en het gezin van de veehouder. Die spirit is geweldig en geeft een enorme drijfveer.”

Over CONO is hij duidelijk: “Dit is een plek waar ik mijn energie kwijt kan. De coöperatie staat nooit stil, net als ikzelf. Dat betekent dat ik hier nog lang niet uitgeleerd ben.”

Zijn boodschap aan collega’s is helder: “Koester de normen en waarden van onze coöperatie. Ze vormen de basis van wie we zijn en maken ons samen sterk.”

Een familiebedrijf met toekomst

“Ik ben de derde generatie op ons bedrijf in Hoogwoud,” vertelt Daan van Dolder. “In 2000 nam ik het bedrijf over van mijn oom en tante. Dit jaar zijn we 35 jaar lid van CONO Kaasmakers. De vierde generatie staat al klaar en helpt volop mee. Het belangrijkste vind ik dat je doet wat je leuk vindt. Dat geldt ook voor onze zes kinderen. Twee zonen hebben interesse in het bedrijf, waarvan er één nu aan de HAS in Dronten studeert. Zelf heb ik de MAS in Hoorn gedaan. Daarna wilde ik zo snel mogelijk aan de slag. Wel heb ik in Friesland nog een praktijkcursus gevolgd om mijzelf verder te ontwikkelen.”

2500 weide uren

Toen Daan het bedrijf overnam, maakte hij meteen een belangrijke keuze: de grupstal werd vervangen door een loopstal. “Dat was niet eenvoudig, maar het gaf ons bedrijf de ruimte om te groeien en te vernieuwen,” legt hij uit. Inmiddels melkt Daan 90 melk- en kalfkoeien en houdt hij 30 stuks jongvee. De stal biedt ruimte voor 130 koeien, maar groei is geen direct doel. “Ik ben meer een koeien man dan een trekker man,” zegt hij met een glimlach. “Het meeste landwerk besteden we uit aan de loonwerker. Mijn passie ligt echt bij de koeien.”

Weiden staat daarbij centraal. “Waar koeien kunnen grazen, laat ik ze grazen. Mais voer ik wel, maar dat koop ik aan. Ik wil zoveel mogelijk gras benutten. Op dit moment lopen onze koeien dag en nacht buiten. We komen zo uit op ongeveer 200 weidedagen per jaar en ruim 2.500 weide-uren.”

Traditie en verbetering

Met een gemiddelde melkproductie van 8.500 liter per koe ziet Daan nog volop kansen om te verbeteren. “We hebben de afgelopen jaren veel kleine stappen gezet. Zo hebben we onlangs geïnvesteerd in nieuwe huisvesting voor ons jongvee. Al die verbeteringen dragen bij aan een langere levensduur en een hogere productie. Automatiseren van het melksysteem is geen prioriteit. Melken doe ik zelf, in onze 2x8 visgraat. Dat is overzichtelijk en praktisch, zeker met zoveel weidegang. Daarbij grap ik wel eens: melken is het enige wat ik écht goed kan.

Passie voor keuringen

Naast het werk op het erf is Daan actief bij de jaarlijkse Landbouwshow in Opmeer. “Sinds 2000 doe ik daar aan mee. Het is een prachtig uithangbord voor onze sector. Jaarlijks komen er 34.000 bezoekers en we laten hen zien wat er allemaal bij ons werk komt kijken. Voor mij is dat een geweldige manier om onze passie en vakmanschap te delen. Eerder deden we ook veel mee aan landelijke keuringen zoals de NRM, maar tegenwoordig vooral nog aan provinciale keuringen. Dat past goed bij ons bedrijf en geeft veel voldoening. Ik vond het ook heel positief dat onze coöperatie dit jaar een prominente plek had op het terrein.”

Caring Dairy en kennisdeling

Daan neemt vanaf het begin deel aan Caring Dairy. “Die drie dagdelen per jaar zijn misschien wel mijn best betaalde uren,” vertelt hij enthousiast. “Niet alleen vanwege de inhoud, maar vooral ook door de uitwisseling met collega’s. Het leren van elkaar, het delen van ervaringen – dat maakt ons als veehouders sterker. Zelf kies ik altijd voor groepen die gericht zijn op koe en bedrijf. Dat past gewoon beter bij mij.”

Betrokken bij CONO Kaasmakers

Zijn trots op de coöperatie is groot. “Ik ben trots op het Beemster® merkat we samen neerzetten. Wat ik waardeer, is dat er altijd korte lijnen zijn. Als ik bel, krijg ik direct iemand aan de lijn die me persoonlijk helpt. Dat voelt dichtbij en betrokken. Natuurlijk hebben wij als veehouders soms onze mening over hoe dingen gaan, maar ik ben ervan overtuigd dat iedereen bij CONO zijn uiterste best doet om voor ons de hoogste melkprijs te realiseren. Daar mogen we best vaker bij stilstaan. Achter elke RMO wagen die het erf op komt om onze melk te halen, staat een hele organisatie die hard werkt voor ons gezamenlijke doel.”

Samen sterk, samen vooruit

Zijn boodschap aan collega’s is duidelijk en nuchter: “We hebben jarenlang de hoogste melkprijs van Nederland gehad. Als je bovenaan staat, weet je dat er ook een keer een dal komt. Dat is niet erg, zolang we met elkaar de schouders eronder blijven zetten. Onze kracht is dat we een kleine coöperatie zijn. We doen het samen, en we moeten positief blijven kijken. Er komt al genoeg negativiteit op onze sector af. Laten we daarom trots blijven op wat we samen neerzetten namelijk: de lekkerste kaas van Nederland!

Van broodjes naar Kaas

Jef van de Vegte (57) uit Blaricum werkt sinds twee jaar bij CONO Kaasmakers. Daarvoor was hij tien jaar actief bij een broodjesproducent, waar ook broodjes met Beemster® kaas werden gemaakt. Het was zijn eerste kennismaking met CONO. ‘Daarna ging ik van partner naar collega,’ vertelt hij

De overstap naar CONO was een bewuste keuze. ‘Ik heb altijd een shortlist gehad met bedrijven waar ik graag zou willen werken. CONO stond daar hoog op. Ik houd van mooie producten en dat gevoel bij CONO was er vanaf het begin. Ik zat goed bij mijn vorige werkgever, maar voelde ook dat ik daar klaar was. Op mijn 55ste dacht ik: als ik nog iets met mijn carrière wil, dan is dit hét moment.’

Een nieuwe uitdaging

Na een aantal gesprekken maakte Jef de overstap. Sindsdien werkt hij als Business Development Manager Handel en geeft hij leiding aan Beemster New Retail (BNR). ‘Mijn rol brengt veel uitdaging en veelzijdigheid. Ik heb ruimte om te pionieren en dat maakt mijn werk ontzettend leuk. In de afgelopen twee jaar heb ik mij beziggehouden met vooral alles buiten het Beemster® merk, zoals Beemster® van het mes, Stompetoren, Weijdeland, Roodbonter, Schermermolens en verschillende projecten in het traditionele kanaal.’

Digitale vernieuwing

Een project waar Jef trots op is, is de CONO-app voor handelspartners en kaasspeciaalzaken. ‘Met die app kunnen zij niet alleen bijblijven met nieuws en ontwikkelingen, maar ook punten sparen door onze merken zichtbaar te maken in hun winkel of online. Inmiddels werken we aan de volgende stap: de app nog relevanter en groter maken. Zulke projecten geven energie, omdat ze processen slimmer en efficiënter maken.’

Een doener in hart en nieren

Wie Jef spreekt, merkt snel dat hij een praktische aanpak heeft. Hij noemt zichzelf een echte doener. ‘Ik geloof sterk in learning by doing. Natuurlijk moet je risico’s in beeld hebben en een plan klaar hebben, maar uiteindelijk gaat het erom dat je dingen doet. Een goed plan betekent nog geen goede uitvoering. Uiteindelijk telt alleen of wat je doet, iets toevoegt aan het grotere geheel. Aan het eind van de dag zijn wij een productiebedrijf. We maken kaas en willen de hoogste melkprijs voor onze leden realiseren.’

Duurzaamheid als uitdaging

Ook duurzaamheid komt nadrukkelijk terug in Jefs werk. ‘CONO heeft bewust gekozen voor de duurzame weg. Voor supermarkten kunnen we dat via verpakkingen en labels duidelijk maken aan de consument, maar in het traditionele kanaal werkt dat anders. Daar draait het naar de consument vaak meer om kwaliteit dan om duurzaamheid. Dat maakt het soms lastig om ons programma zichtbaar te maken. Toch zie ik dat juist als een mooie uitdaging. Onze handelspartners moeten goed geïnformeerd zijn, en de app helpt daarbij. Uiteindelijk is het onze taak om te laten zien dat duurzaamheid en kwaliteit samen kunnen gaan.’

Respect voor onze leden

Wat Jef bijzonder vindt aan CONO, is de samenwerking met de leden. ‘Voordat ik hier begon, had ik eigenlijk weinig beeld bij het leven op het erf. Inmiddels heb ik veel meer inzicht en vooral veel respect gekregen. Onze veehouders zetten zich dag en nacht in om verder te komen. Ik merk zelfs dat ik mij kan irriteren wanneer in publieke debatten hun inspanningen gebagatelliseerd worden. De coöperatieve gedachte bij CONO is uniek en voelbaar. Dat maakt dit bedrijf anders dan de rest.’

Trots en ambitie

Naast grote projecten geniet Jef ook van de kleinere initiatieven. Zo was hij betrokken bij de ontwikkeling van de speciale Leeghwater kaas voor het jubileum van 450 jaar Leeghwater. ‘Dat was een mooi project, speciaal voor onze boerderijwinkels en de eigen CONO-kaaswinkel. Zulke dingen maken het werk veelzijdig en leuk.’

Over de toekomst is Jef ambitieus. ‘Ik ben 57, maar ik zie nog genoeg mogelijkheden om verder door te groeien bij CONO. Mijn motivatie is groot. En aan mijn collega’s wil ik meegeven: draag uit dat wij de allerlekkerste kaas van Nederland maken. Dat is geen mening, dat is een feit. Misschien betalen we nu niet de hoogste melkprijs, maar dat komt weer. Want met onze kwaliteit en onze mensen maken we gewoon de allerbeste kaas.’

Al drie jaar is Gerard Oosterlaken een trotse CONO veehouder gevestigd in Broek in Waterland. Daarvoor leverde hij zijn melk aan Leerdammer, maar de overstap maakte hij vanwege de betere melkprijs. Toch zit zijn ware drijfveer niet in de centen, maar in de zorg voor zijn dieren. “Duurzaamheid,” zegt hij, “zit ’m voor mij in de koeien. Als zij het goed hebben en lang meegaan, dan doe je het goed als boer.”

Toch is het niet alleen in de stal waar Gerard duurzaam bezig is. Langs zijn land is inmiddels een kleurrijk bijenlint ontstaan – al was dat eigenlijk helemaal niet zo gepland. In eerste instantie wilde hij gewoon een natuurlijke barrière creëren tussen zijn grasland en de weg, om te voorkomen dat honden hun behoefte in zijn weiland deden. Via de lokale natuurvereniging kreeg hij het zaadmengsel, en besloot het eens te proberen.

“Eerlijk gezegd heb ik er niet veel voor hoeven doen,” vertelt hij lachend. “Ik heb eerst de tweede snede gemaaid, daarna ingezaaid. Het was toen hartstikke droog, dus ik dacht: dat wordt niks. Pas eind augustus kwam er wat op.” Maar tot zijn eigen verbazing bloeide er in september een prachtig bijenlint op, met de weken kwamen er steeds meer bloemen bij. Wat Gerard misschien nog wel het meest verraste, was het enthousiasme uit het dorp. “De grootste winst,” zegt hij met een glimlach, “zit ’m niet eens in de bloemen, maar in de reacties van de mensen. Ik ben echt flabbergasted!”

Dorpsbewoners spreken hem regelmatig aan over het bijenlint. Ze komen kijken welke insecten er rondzoemen, maken foto’s, en poseren trots met hun gezin of huisdier bij de bloemenzee. Sommigen plukken zelfs een klein bosje om thuis op tafel te zetten. En het mooiste van alles: de buurt is zó enthousiast dat ze hebben aangeboden te helpen betalen als hij meer wil inzaaien. Boer Oosterlaken is trots. Trots dat iets wat begon als een simpel idee om hondenpoep te weren, is uitgegroeid tot een bron van kleur, biodiversiteit én verbondenheid in het dorp. “Zo draag je niet alleen bij aan de natuur,” zegt hij, “maar ook aan de gemeenschap. En dat voelt gewoon goed.”